Google
Stuur een mail naar de Begeleidingsdienst voor Vrijescholen: P. van Meurs
                                                                  
Onderdeel Reflectie:

 

Reflectie

 

In het onderstaande en laatste voorbeeld zet de leerkracht de kinderen aan tot reflectie op 'doelgericht informatie geven' door te beschrijven. Kinderen uit een eerste klas werkten in tweetallen en kregen beurtelings de opdracht om hun partner zodanig informatie te geven dat deze de zelfgemaakte ansichtkaart uit een verzameling kaarten kon pakken, zonder te benoemen welke afbeelding er op de kaart te zien was. Ze vraagt hen na te denken over welke informatie er toe leidde dat de kaarten snel gevonden werden:

 

Juf:

Vertel eens, hoe ging het?

Frans:

Bij ons ging het heel goed, Tobai had hem in een keer en ik had hem in een keer.

Juf:

Frans, wat zei je dat Tobai jouw kaart in een keer kon vinden?

Frans:

Ik zei dat er huizen op staan en mensen en toen wou ik nog wat zeggen, maar toen had hij het al in een keer door.

Juf:

En wat heb jij verteld dat Frans de kaart zo snel kon vinden?

Tobai:

Nou, ik zei het is rood en het zijn bruine gezichten en toen wou ik ook nog wat zeggen maar toen had hij hem ook al in een keer door.

Juf:

Sybren, vertel een hoe het bij jullie ging.          

Sybren:

Goed ik moest even zoeken en toen…en toen had ik hem in een keer.

Juf:

En Davy, wat heb jij verteld dat hij hem in een keer kon vinden?

Davy:

Nou, wat ik verteld heb dat hij hem in een keer kon vinden...het is blauw, rood en geel en er staan krinkeltjes op.

Juf:

Ik vind dat jullie heel goed naar elkaar kunnen luisteren.